J.-B. De Roy, Het Kasteel van Schoonenberg in Laken, gezien vanaf de achterzijde, rond 1800 © Museum van de Stad Brussel

Laken | Identiteit

Zo heet het eerste thema van 10 over welke de Lakenaars zich mogen uitspreken naar aanleiding van de 100 jaar annexatie van de gemeente door Brussel. Enige historische achtergrond daarbij…. Laken was tot 1921 Koninklijke Gemeente, La Résidence Royale. Dat was een officieel gebruikte bijnaam, om voor de hand liggende redenen. En dat bleef ze ook nadien, al had Brussel die titel kunnen claimen.

Reeds voor 1830 was Laken de verblijfplaats van onze soevereinen: Schoonenberg werd gebouwd als buitenverblijf voor Maria-Christina van Oostenrijk en haar man Albrecht van Saksen-Teschen die voor Jozef II hier de boel bestierden. Na hun afgang was het de keizer Napoleon en nog meer keizerin Joséphine die er huis hield. En na hun stille trom was er Willem I tot er een Brits/Duitse prins er de Belgische dynastie vestigde.

J.-B. De Roy, Het Kasteel van Schoonenberg in Laken, gezien vanaf de achterzijde, rond 1800 © Museum van de Stad Brussel

Ook in de eeuwen voordien was Laken een gemeente van aanzien en allure. De achterkleinzoon van de Engelse koning Charles II Stuart, beter gekend als de derde hertog van Saint Albans wedijverde met de Habsburgse Marie-Christine om er het mooiste buitenverblijf te bouwen eind 18de eeuw. Maar ook de hofhouding van de Spaanse Habsburgers voelde zich hier thuis, en zo gebeurde het dat Pieter Paul Rubens hier een landschap penseelde.

Nog eerder werden er kleine burchten gebouwd door de heren van Drootbeek, van Coensborg, van Cattenbroeck en Ter Plast, het kasteel van Stuyvenberg was in oorsprong een herenhoeve en in de huidige Tivoli wijk was er een Kasteel van Zandbergen. Dat de bewoners en/of eigenaars belangrijke ambten vervulden in het Boergondische Brussel mag u niet verbazen.

J.P. Goetghebuer, Lustpaviljoen te Laken,1827 © P. Schacht

Ook nog na het ontstaan van België bleef Laken aantrekkelijk voor rijke Brusselaars zoals de Errera’s en Walckiersen. Zelfs als ze er nooit een lusthof of landgoed konden verwerven was een eeuwigdurende concessie op het kerkhof voor velen een laatste wens. Poelaert, la Malibran, Belliard, Rouppe, de Ribaucourt, T’Serclaes, de Zerézo…. de lijst van toenmalige Bekende Brusselaars is haast eindeloos. Nog tot in de jaren vijftig van de vorige eeuw waren de Fransmanstraat en de Rue Marie-Christine bij de meest prestigieuze winkelstraten van het land. Laatstgenoemde dateert nauwelijks van 1877!

J.P. Goetghebuer, Lustpaviljoen te Laken,1827 © P. Schacht

Van toen af aan echter verdwijnen de bleekweides en lusthoven één na één. Gas en elektriciteit doen hun intrede en de eerste sociale woningen verschijnen vlak na WO I. Laken kreeg nog wel het nationale voetbalstadium ter gelegenheid van 100 jaar België, en vijf jaar later een Wereldtentoonstelling van welke de Paleizen nu nog gebruikt worden. Dat herhaalde zich in 1958, opnieuw een groot succes. De Modelwijk was nog niet klaar of vlak daarna werd ze een toonbeeld van sociale huisvesting. Maar dat liedje duurde helaas niet lang. In die periode krijgen ‘dei van Lôke’ een slechtere faam omdat ze zich te pletter drinken in Brussel stad, zoals bezongen door Johan Verminnen in zijn “In de rue des Bouchers”:

’t es de strôt van de studente

Dei studeire op d’agente

En dei sout komt van Wemmel en van Lôke

Uile slechte reputôse môke.

P. Masui, Eeuwfeestpaleis in aanbouw, circa 1934 © Museum van de Stad Brussel

De allure en glorie van het Laken van vroeger zijn verleden tijd. Maar, de ambities die we zien in de Tivoli Green City, het nabijgelegen Byrhh, Dockx Bruksel, het oude station, het Bockstaelplein… het doet hopen op nog meer en beter.

Steph Feremans (Laca)

A. Rodin, Kopie van De Denker, standbeeld op het graf van Joseph Dillen, na 1908 © Marie-Henriette Struyf

Verken de getuigenissen